🇬🇧
Tutorial
4 Topics | 1 Quiz
BLOCK 1
1. 💡 Nouns
5 Topics | 2 Quizzes
2. 💡 Articles
5 Topics | 4 Quizzes
3. 💡 Numerals
7 Topics | 9 Quizzes
4. 💡 Plurals
10 Topics | 10 Quizzes
5. 💪 Forms
2 Topics | 4 Quizzes
6. 💡 Personal pronouns as a subject
5 Topics | 4 Quizzes
7. 💡 Present tense
7 Topics | 8 Quizzes
8. 💡 Basic sentences
9 Topics | 3 Quizzes
9. 💪 Introducing yourself
2 Topics | 7 Quizzes
10. 💡 Personal pronouns as a direct object
4 Topics | 3 Quizzes
BLOCK 2
11. 💡 Possessive pronouns
5 Topics | 6 Quizzes
12. 💪 Family
2 Topics | 7 Quizzes
13. 💡 Adjectives
8 Topics | 6 Quizzes
14. 💡 Diminutives
11 Topics | 7 Quizzes
15. 💪 Pets
2 Topics | 7 Quizzes
16. 💡 Degrees of comparison
5 Topics | 3 Quizzes
17. 💪 Hobbies and spare time
2 Topics | 5 Quizzes
18. 💡 Demonstrative pronouns
4 Topics | 4 Quizzes
19. 💡 Indefinite pronouns
6 Topics | 4 Quizzes
20. 💪 Cultural differences
2 Topics | 7 Quizzes
BLOCK 3
21. 💡 Modal verbs
13 Topics | 7 Quizzes
22. 💡 Negations
9 Topics | 5 Quizzes
23. 💪 Giving opinions
2 Topics | 6 Quizzes
24. 💡 Question sentences
9 Topics | 3 Quizzes
25. 💪 Rules
2 Topics | 6 Quizzes
26. 💡 Question words
5 Topics | 5 Quizzes
27. 💪 Shop / market
2 Topics | 6 Quizzes
28. 💪 Restaurant
2 Topics | 6 Quizzes
29. 💡 Modal verb: ‘zullen’
7 Topics | 2 Quizzes
30. 💪 Help and offers
2 Topics | 6 Quizzes
31. 💡 Prepositions
34 Topics | 8 Quizzes
32. 💪 Routes and instructions
2 Topics | 6 Quizzes
BLOCK 4
33. 💡 Impersonal verbs
6 Topics | 4 Quizzes
34. 💪 The weather
2 Topics | 6 Quizzes
35. 💡 Time indications
8 Topics | 2 Quizzes
36. 💪 Making plans
2 Topics | 7 Quizzes
37. 💡 Conjunctions
10 Topics | 4 Quizzes
📚 Assignment 1: A new friend
Opdracht 1: Een nieuwe vriend
Lees deze tekst.
Klaas is op een feestje. Hij kent niemand en zit alleen op de bank. Het is pas zes uur. Hij kan nog niet naar huis.
“Hallo, ik ben George”.
Klaas kijkt op. George steekt zijn hand uit. Klaas schudt zijn hand. “Ik ben Klaas, leuk je te ontmoeten”, antwoordt hij.
“Mag ik naast je zitten?” vraagt George beleefd. Klaas knikt.
“Ik ken niemand op dit feestje”, zegt George. “Ik ben hier met mijn man, Daan. Hoe vind jij het feestje?”
“Ik ken ook niemand”, zegt Klaas. “Ik ben hier met mijn vrouw, Charlotte. Ik houd niet van feestjes”.
“Wat vind je wel leuk? Wat zijn je hobby’s?”
“Ik houd van koken en eten”.
George lacht hardop. “Ik houd ook van eten! Maar ik ben niet goed in koken.” Hij zucht. Klaas knikt. “Koken kan moeilijk zijn.”
“Wat is je favoriete eten?” vraagt Klaas.
George denkt na. “Mijn favoriete eten is pizza. En wat eet jij graag?”
“Pizza is lekker, maar mijn favoriete eten is boerenkool”, antwoordt Klaas. Zijn maag rommelt. George zegt: “Ik heb ook honger.”
Ze gaan naar de hapjestafel. Ze hebben leuke gesprekken. Klaas vindt dit feestje niet zo stom, want hij heeft een nieuwe vriend gemaakt!
🇬🇧
Beantwoord de vragen.
Time limit: 0
Quiz Summary
0 of 7 Questions completed
Questions:
Information
You have already completed the quiz before. Hence you can not start it again.
Quiz is loading…
You must sign in or sign up to start the quiz.
You must first complete the following:
Results
Quiz complete. Results are being recorded.
Results
0 of 7 Questions answered correctly
Your time:
Time has elapsed
You have reached 0 of 0 point(s), (0)
Earned Point(s): 0 of 0, (0)
0 Essay(s) Pending (Possible Point(s): 0)
Categories
- Not categorized 0%
-
Voorbeeldantwoord:
1. “Hallo, ik ben George”, zegt George. Hij kan dit ook anders zeggen. Hoe? “Ik heet…” / “Mijn naam is…” / “Mensen noemen mij…”
2. Wie is Daan? Daan is de man van George.
3. Vindt Klaas feestjes leuk? Nee. Hij zegt: “Ik houd niet van feestjes.”
4. Klaas heeft honger. Hoe weet je dat? Zijn maag rommelt.
5. Wat vindt Klaas aan het eind van de avond van het feestje? Waarom? Hij vindt het leuk, want hij kent George nu.
6. Op welke andere manieren kun je ‘Ik houd van koken en eten’ zeggen? “Ik vind koken en eten leuk.” / “Mijn hobby’s zijn koken en eten.”
7. Klaas en George praten over koken en eten. Houd jij van koken en/of eten? Waarom wel/niet? Open antwoord. Voorbeeld: Ik houd van koken. Het is mijn hobby. Ik vind eten lekker.
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
- 6
- 7
- Current
- Review
- Answered
- Correct
- Incorrect
-
Question 1 of 7
1. Question
1. “Hallo, ik ben George”, zegt George. Hij kan dit ook anders zeggen. Hoe?
-
This response will be reviewed and graded after submission.
Grading can be reviewed and adjusted.Grading can be reviewed and adjusted. -
-
Question 2 of 7
2. Question
2. Wie is Daan?
-
This response will be reviewed and graded after submission.
Grading can be reviewed and adjusted.Grading can be reviewed and adjusted. -
-
Question 3 of 7
3. Question
3. Vindt Klaas feestjes leuk?
-
This response will be reviewed and graded after submission.
Grading can be reviewed and adjusted.Grading can be reviewed and adjusted. -
-
Question 4 of 7
4. Question
4. Klaas heeft honger. Hoe weet je dat?
-
This response will be reviewed and graded after submission.
Grading can be reviewed and adjusted.Grading can be reviewed and adjusted. -
-
Question 5 of 7
5. Question
5. Wat vindt Klaas aan het eind van de avond van het feestje?
-
This response will be reviewed and graded after submission.
Grading can be reviewed and adjusted.Grading can be reviewed and adjusted. -
-
Question 6 of 7
6. Question
6. Op welke andere manieren kun je ‘Ik houd van koken en eten’ zeggen?
-
This response will be reviewed and graded after submission.
Grading can be reviewed and adjusted.Grading can be reviewed and adjusted. -
-
Question 7 of 7
7. Question
7. Klaas en George praten over koken en eten. Houd jij van koken en/of eten? Waarom wel/niet?
-
This response will be reviewed and graded after submission.
Grading can be reviewed and adjusted.Grading can be reviewed and adjusted. -
